Mijn nieuwe roman gaat misschien Kleurfobie heten. Maar ik houd ook Zuurgrot en Babbelbonen in het achterhoofd. Een absurde samentrekking tussen twee gewone woorden is helemaal hip tegenwoordig. Zo’n titel dendert namelijk als een tank je bewustzijn binnen en dramt door al je afweermechanismes heen.
Het woord tanktitel heb ik voor de gelegenheid verzonnen, maar het bekt goed want ik wilde dat het zou allitereren, want alles moet altijd allitereren, dat geeft diepgang. Ik kom op mijn observatie vanwege de roman Wormmaan van Mariken Heitman die de Libris Literatuurprijs heeft gewonnen. Haar eerste roman is getiteld Wateraap.
Nu kan dat natuurlijk een voorkeur van één schrijver zijn, maar wat te denken van Muidhond, Bodemdrang, Het wolfgetal of Huidpijn? Ook ik was al een beetje besmet met de neiging twee woorden samen te lijmen tot een uniek woord. Mijn nieuwste roman heet Het dodenschip. Maar ik vind dat ik niet ver genoeg ben gegaan, want die titel bestaat al bijna honderd jaar, die heb ik namelijk van B. Traven gejat.
Het voordeel van zo’n ‘lijmwerkstuk’, ofwel zo’n ‘origineelpoging’, is dat de inhoud zich vervolgens vanzelf in de schrijver losweekt. Ik heb dus al ideeën voor drie nieuwe romans. Kleurfobie gaat over een man die het liefst in een zwart-witwereld wil leven; hij kan geen kleuren verdragen. Dat leent zich dan weer voor allerlei dubbele bodems en diepgravingen: eigenlijk gaat het natuurlijk over zijn probleem met de complexiteit van de wereld waar hij geen controle over heeft.
Over Zuurgrot ga ik nog eens goed nadenken; misschien is dit een seksuele toespeling?
Dan hebben we nog Babbelbonen. Hierin gaat een jongetje de hoofdrol spelen dat op vijfjarige leeftijd nog geen woord gesproken heeft. Zijn ouders zijn wanhopig. Maar dan komt oma langs en ze neemt van die lekkere chocolade koffieboontjes mee. Het jongetje proeft ervan, en oma hoort uit zijn bruingevlekte mondje: ‘Weeht lekkuh liefuh ommmmmaaaa’. De babbelbonen en de geruststellende aanwezigheid van oma hebben hem van zijn spreekremming afgeholpen. Want het kwam natuurlijk allemaal door de ouders, die het kind geestelijk mishandelden. Zonder de babbelbonen kan het jongetje dan ook niet spreken, wat hem heel wat tandartsbezoeken gaat opleveren, maar gelukkig heeft hij nog zijn melkgebit.
Nu krijg ik weer een nieuw idee voor een tanktitel. Zuurpruim, en die roman gaat over een schrijver die het niet kan hebben dat literatuurprijzen in de wacht worden gesleept door romans met tanktitels. Wat zegt u? Zuurpruim is al zo afgesleten dat niemand dat boek zal willen lezen? Tja, daar heeft u een punt.